Het stadspaleis van de heren van Gruuthuse is na een grondige restauratie opnieuw een absolute blikvanger in Brugge. Het museum geniet een historische en internationale uitstraling en kan op heel wat publieksbelangstelling rekenen.

De kern van het stadspaleis stamt uit de vijftiende eeuw. In de negentiende eeuw verbouwde de bekende neogotische architect Louis Delacenserie de site tot museum. Het geheel werd in 1938 beschermd en was intussen toe aan een grondige restauratie. Vorig jaar kon het museum, na een grondige aanpak, opnieuw de deuren openen. De restauratie van het Gruuthusepaleis was een huzarenstukje. De architecten en museummedewerkers maakten een bijzonder mooie balans tussen oud en nieuw. De gevels zien er stralend uit, er werd een volledig nieuw museumconcept uitgewerkt, er zijn heel wat bijzondere collectiestukken.'

De geslaagde aanpak is ook wat Musea Brugge de nominatie opleverde voor de Onroerenderfgoedprijs 2020. Het laureatenrapport prijst de renovatie: "Opvallend zijn de overtuigende vernieuwing van de belvédèreconstructie op de voorgevel, de neogotische polychrome schilderingen in de inkomhal en de doordachte aanpak van de middeleeuwse bidkapel van Lodewijk van Gruuthuse. Het toegevoegde hedendaagse onthaalpaviljoen creëert de suggestie van een binnenhof, zoals die er ooit is geweest.

Op 2 oktober wordt bekend gemaakt wie de prijs wegkaapt. Musea Brugge hoopt uiteraard dat het Gruuthusemuseum in de prijzen zal vallen.