Sluiten
Porcelain id Musea Brugge Isaac Ponseele

Museumartiest Porcelain id

Brieven aan niemand in het bijzonder: Een gedicht

Afwisselend met muzikale creaties biedt museumartiest Porcelain id maandelijks een correspondentie tussen zichzelf en niemand in het bijzonder. Porcelain id verkent hiermee het idee van postmortale publicatie van correspondentie tussen een kunstenaar en collega's, vrienden, familie en geliefden. In een poging om te ontsnappen aan het raadselachtige lot van de intieme objecten van een kunstenaar. Inzicht gevend in hun innerlijke wereld en nog springlevend ook. Een (on) mogelijke dans met speculatie. Elke brief verbindt die bovendien met een werk uit de collectie van Musea Brugge.

RS1562 XVII O 0003 scr

Het werk

Wandtapijt van wol en zijde, gevechtsscène (Anoniem, 1576-1600, Gruuthusemuseum)

Dit 16e-eeuws Brugse wandtapijt beeld een gevechtstafereel af. Mogelijk gaat het hier over een veldslag van Scipio Africanus in de Romeinse tijd. Porcelain id koos dit werk omdat het een samenvatting geeft van het interne en mondiale conflict dat hun brief presenteert. Bovendien sluit de moeilijk vast te stellen iconografie aan bij het concept 'Brieven aan niemand in het bijzonder': een samenkomen van verschillende ideeën.

Bekijk het werk hier

“Als ik alleen zou eindigen” naar Allen Ginsberg’s Howl (1954–1955)

Waar ik ook ronddwaal, de vaandels van Palestina ontvouwen zich,
Van Aarlen - Wallonië tot Anderlecht, Ljubljana, Amsterdam: tientallen jaren lang kolken de vlammen
Vanuit denkbeeldige vensterbanken tot de echte verschrikkingen van verscheurd vlees, verstikt in stilte
Een kwaadaardig mes in de perverse martelkamer in dat keizerlijke hol

Studenten hebben zich verzameld in het bovennatuurlijke onderbewustzijn van de ouder wordende geest
Samenkomen bij het altaar in die stad, geboren uit noodzaak, op welke manier dan ook
Tegen het mislukte monsterkind gekweekt uit de Europese darmen
Er is tegenwoordig een oorverdovende scherpte, ik denk aan alles wat verloren is gegaan

Aan de rand van verschillende afscheidsmomenten ligt een eindeloze put van onzekerheid
Nog steeds getuige:
de wereld stopte in zijn eigen maag

Er staat iemand te roken boven het kapsalon, vlak bij het huis met het klavecimbel
Vanuit een tram zie ik een fietser hetzelfde losse ondergoed dragen als ik
In een bus is een kind helemaal uitgeput,
hoofd bungelend tegen de zijde van een ouder

Pepermuntsnoepjes vallen mijn rijk binnen,
symbolen van weleer
Reizende enkel in de geest:
van Turkije naar de oude landschappen van Egypte
Eigenlijk in steden waar je me ooit zocht, nu en vroeger
Een nieuwe draai aan oude fouten, de munt nu vers
Onze eigenste: exit stage right

Vóór de crash splitst een lege brief zich temidden van de aantrekkingskracht van alles
Vóór de crash zitten angst en overweldiging in mijn kern
Met halsbrekende snelheden wil ik vastgehouden worden
Met halsbrekende snelheden wappert de schil van de ziel in de wind
Maar als jij aan mij denkt, denk ik waarschijnlijk aan jou
Dit zal voorlopig moeten volstaan

Voetnoten voor Als ik alleen zou eindigen

Het huis hoeft,
als ik het geluk heb een soort dak boven mijn hoofd te hebben,
niet groot zijn
In mijn grote wanen zal ik met de uren vreemder worden

Als mijn enige gezelschap de muren en mijn geest zouden zijn,
moeten ze respectievelijk dicht bij elkaar staan
Maar onder geen beding botsen

Wat natuurlijk licht betreft,
de voorkeur aan geven als dergelijke luxe wordt toegestaan, één enkel raam met uitzicht op de natuur, ondanks kunstgrepen—
echte bomen en struiken en park en gezichten en menigte

De geruchten over mijn degeneratieve toestand moeten zich als een grove verf verspreiden. Ongelijkmatig, maar laat absoluut niets aan de verbeelding over. Oud-collega’s, jeugdvrienden, familie.

Encore voor Als ik alleen zou eindigen

Heist-op-die heuvel
De waarheid verspreidt zich nu als grove verf
Het is onnatuurlijk, onvriendelijk en wrang

Heist-op-die heuvel
Laat absoluut niets aan de verbeelding over: stop
Over hoe ik al mijn dierbaren in de steek liet: stop
Hoe ik smeekte om aardig gevonden te worden

Nu heb ik alleen mijn zoon: stop
Het zal genoeg zijn voor dit kleine leven
Weggezonken, of in verlegenheid een scène verlaten
Is het wreed om aardig te zijn?
Heb ik niet voor hen een kleine overwinning behaald?
Was ik niet jouw clown?

Een soort kleine overwinning
Een soort kleine overwinning
Een soort kleine overwinning
Een soort kleine overwinning
Een soort kleine overwinning
Hopend op een kus